Welden (Ludwig, vrijheer von), een Oostenrijksch veldtuigmeester, geboren den 16den Junij 1780 te Laupheim in Würtemberg, trad in 1798 in Würtembergsche dienst, nam deel aan de veldtogten tegen Frankrijk in 1799—1800, trad in 1802 in de Oostenrijksche gelederen, onderscheidde zich in 1805 door zijne dapperheid, geraakte in 1809 krijgsgevangen bij de Franschen, maar werd weldra uitgewisseld, zoodat hij als majoor den slag bij Aspern kon bijwonen. In 1812 werd hij officier, van den generalen staf in het hoofdkwartier van den prins von Schwarzenberg. Als luitenant-kolonel bij den staf onderscheidde hij zich in Italië in 1814, en na de verovering van Mantua zag hy zich belast met de taak, het Fransche leger, dat aldaar gecapituleerd had, naar het zuiden van Frankrijk te brengen. In 1815 diende hij bij den generalen staf van het leger, tegenover Murat opgesteld.
Daarna nam hij deel aan den strijd tegen het korps van Sachet en werd in 1816 brigadier van het korps pioniers. Daarop stond hij eenigen tijd aan het hoofd van het topographisch bureau, nam in 1821 als chef van den generalen staf deel aan den veldtogt tegen Piémont, was van 1832 tot 1838 gevolmagtigde by de militaire centrale commissie van den Duitschen Bond te Frankfort, zag zich in 1836 benoemd tot luitenant-veldmaarschalk en verkreeg in 1838 het divisiekommando te Graz en in 1843 het algemeen kommando in Tyrol. Bij den opstand van Lombardije in 1848 wist hij de gemeenschap van Radetzky met Oostenrijk te onderhouden en bestuurde de belegering van Venetië. In September van dat jaar werd hij benoemd tot burgerlijk en militair stadhouder in Dalmatië, en na de bemagtiging van Weenen bekleedde hij aldaar genoemde betrekking. In April 1849 verkreeg hij den rang van veldtuigmeester en het opperbevel der armee in Hongarije, maar werd, na het veroveren van Ofen door de Hongaren, vervangen door Haynaa, waarna hij tot zijn post te Weenen terugkeerde. Wegens zijne geschokte gezondheid ontving hij in 1851 pensioen en overleed te Graz den 7den Augustus 1853. Hij schreef: „Episoden aus meinem Leben (3de druk, 1855)”, —„Der Krieg der Oesterreicher in Italien 1813 und 1814”, — „Geschichte der Feldzüge der österreichischen Armee 1848 und 1849 (1875)”, — „Der Feldzug der Oesterreicher gegen Rusland 1812 (1870)”, — en „Der Krieg von 1809 zwischen Oesterreich und Frankreich (1872)”.