Winkler Prins

Anthony Winkler Prins (1870)

Gepubliceerd op 20-08-2018

Viola L.

betekenis & definitie

Viola L. (viooltje) is de naam van een plantengeslacht uit de familie der Violaceën. Het omvat kruiden, vaak met niet-ontwikkelden stengel, met verstrooide, enkelvoudige bladeren, okselstandige, langgesteelde bloemen met 5 bloembladen, van welke het onderste, ongepaarde aan de basis van een spoor is voorzien, en met eene driekleppige, veelzadige zanddoos.

Het aantal meeldraden is vijf, en van deze dragen twee naast elkander geplaatste een staartvormig aanhangsel, dat zich tot in de spoor uitstrekt. De helmdraden zijn kort, de helmknoppen groot en het helmbindsel is sterk ontwikkeld. De stamper bestaat uit een éénhokkigen eijerstok met vele eitjes. In ons Vaderland en nagenoeg in geheel Europa en in een gedeelte van Azië groeit het welriekend viooltje (V. odorata L.) en wordt er in talrijke verscheidenheden gekweekt. Zijn wortel en wortelstok bevatten de brakingwekkende violine, en de bladeren dienen tot bereiding van violenstroop en in de parfumerie.

Voor de oude Grieken was het viooltje het zinnebeeld der jaarlijks ontwakende natuur, alsook der maagdelijkheid, want de dochter van Atlas werd, toen zij zich voor Apollo zocht te verschuilen, in een viooltje veranderd. Maar ook de Bacchanten versierden thyrsusstaven met viooltjes, en de beelden der huisgoden werden er mede getooid. Homerus gewaagt meermalen van het viooltje en prijst de donkere kleur der bloemen, en gedurende de middeneeuwen bleef het viooltje eene zeer gewaardeerde sierplant.

Wij geven hierbij in a eene afbeelding van deze plant in natuurlijke grootte, in b van een helmknop, waarbij men de sporen der voorste helmknoppen ziet, op 4-voudige grootte, in c van een stamper op 3-voudige grootte, in e van een doorgesneden zaad met de kiem op 7-voudige grootte en in d van een doorgesneden vruchtbeginsel op 3-voudige grootte.

— Voorts groeijen in ons Vaderland: het moerasviooltje (V. palustris), het ruige viooltje (V. hirta), het boschviooltje (V. sylvatica), het Riviniaansch viooltje (V. Riviniana), het hondsviooltje (V. canina), het lancetbladig viooltje (V. lancifolia), het bleekbloemig viooltje (V. stagnina), het grootbladig viooltje (V. mirabilis) en het driekleurig viooltje (V. tricolor), ook wel wilde pensée geheeten.

< >