Trumpp (Ernst), een verdienstelijk beoefenaar der Oostersche letteren, geboren den 13den Maart 1828 te Ilsfeld in Würtemberg, studeerde te Tübingen in de godgeleerdheid en Oostersche talen, vertrok vervolgens naar Engeland en trad er in dienst van de Church missionary Society, op wier last hij in 1854— 1855 en in 1857 de taal der landen aan de Indus onderzocht en het grootste gedeelte van 1856 doorbragt met het leeren van het Nieuw-Arabisch in Syrië. In 1858 begaf hij zich naar Pesjawar, om zich met de taal der Afghanen bekend te maken. Om redenen van gezondheid keerde hij in 1860 naar zijn vaderland terug, vestigde zich als privaatdocent te Stuttgart, vergenoegde zich in 1864 met een diaconaat te Pfullingen, maar begaf zich in 1870 op aanzoek der Engelsche regéring op nieuw naar Indië, en wel naar Lahore en Pendsjaub, om er met eenige priesters eene vertaling te bezorgen van de heilige boeken der Sikhs.
Na zijn terugkeer (1872) werd hij privaatdocent te Tübingen en in 1847 gewoon hoogleeraar aan de universiteit te München. Zijne voornaamste geschriften zijn: „Materialien zum Uebersetzen aus dem Deutschen ins Hebräische (1854)”, — „Sindhi reading book, in Arabic and Sanskrit characters (1858)”, — „Ueber die Sprache der sogenannten Kafirs im indische Kaukasus (1866)”,— „The Sindhi Diwan of Abdul-Latif Shah (1866)”, — „Grammar of the Sindhi language, compared with the SanskritPakrit (1872)”, — „Grammar of the Pashto or language of the Afghans (1873)”, — „Einleitung in das Studium der arabischen Grammatiker (1876)”, — en „The Adi Granth or the holy scriptures of the Sikhs, translated from the original Gurmukhi (1877)”. Hij is lid van de Koninklijke Académie van Wetenschappen in Beijeren.