Traun (De), eene Oostenrijksche rivier, ontspringt in het Salzkammergut in Stiermarken uit onderscheidene beken, stroomt door het Hallstätter en het Gmundener of Traunmeer, vormt bij het dorp Roitham een fraaijen waterval en stort na een loop van omstreeks 180 Ned. mijl bij Linz zich uit in de Donau. Hare zijrivieren brengen haar het water van alle andere meren van het Salzkammergut. De scheepvaart op deze rivier is door den aanleg van spoorwegen aanmerkelijk verminderd. — Het Traunmeer of Gmundener Meer, een van de schoonste meren der Duitsche Alpen, ligt bij de stad Gmunden in Opper-Oostenrijk, 407 Ned. el boven de oppervlakte der zee en is 12 Ned. mijl lang, 8 Ned. mijl breed en 220 Ned. el diep. Op de noordelijke en westelijke oevers ziet men welige akkers en weiden op een golvenden bodem, met boschjes, villa’s, kasteelen en de bevallige stad aan het noordelijk uiteinde, en op de oostelijke en zuidelijke oevers daarentegen geweldige rotsmassa’s, die zich met steile wanden uit het groene water verheffen.
Dáár verrijst de Traunstein ter hoogte van 1688 Ned. el. Men vindt op dit meer bij gewoon weder een geregelden passaatwind, en het vriest zelden digt; ook is het ruimschoots voorzien van kostelijke visschen. Gmunden is door geregelde stoombootvaart met de saline Ebensee aan het andere uiteinde van het meer verbonden.