Winkler Prins

Anthony Winkler Prins (1870)

Gepubliceerd op 20-08-2018

Toermalijn

betekenis & definitie

Toermalijn, eene delfstof uit de klasse der amphoterolieten, kristalliseert in het hexagonale stelsel en vormt rhomboëdrisch-hemiëdrische en vaak hemimorphe kristallen, gewoonlijk gestreepte zuilen. Men vindt echter ook stengelige, vezelige en korrelige verscheidenheden. Dit gesteente is zelden kleurloos en doorzigtig, gewoonlijk grijs, geel, groen, blaauw, rood, bruin of zwart, glasglanzig en wordt door wrijving of verwarming electrisch.

Zijne hardheid bedraagt 7—7,5 en zijn soortelijk gewigt 2,94—3,24. Volgens Rammelsberg kan men alle verscheidenheden van toermalijn beschouwen als isomorphe mengsels der silicaten R6Si05, R3Si05 en (R2) SiO5, waarin kalium, natrium, lithium en waterstof als éénwaardige, magnesium, ijzer en manganium als tweewaardige elementen, aluminium borium en ijzer in zeswaardige dubbel-atomen voorhanden zijn, terwijl een gedeelte van de zuurstof door fluorium vervangen is. Van de verscheidenheden van toermalijn bevindt zich de zwarte (schörl) in vele oude silicaatgesteenten (graniet, gneis, talk-, chloriet- en glimmerlei), alsmede in kalk- en dolomietsoorten en vormt in een grof- of fijnkorrelig mengsel met kwarts de toermalijnrots en de toermalijnlei. Men vindt deze vooral in den Hörlberg in Beijeren, in het Zillerdal en andere oorden van Tyrol, in Noorwegen enz., — voorts kleurloozen toermalijn op Elba, rooden mede op Elba en bjj Rozna in Moravië, — groenen, bruinen en tweekleurigen op den St. Gotthard en blaauwen in Zweden en Brazilië. Hij komt als polarisérende zelfstandigheid vooral te pas bij de vervaardiging van polarisatietoestellen, bepaaldelijk van toermalijntangen, en sommige verscheidenheden behooren tot de edelgesteenten. In den handel noemt men rooden toermalijn rubelliet, blaauwen Braziliaanschen toermalijn, groenen Braziliaanschen smaragd en gelen chrysoliet van Ceylon.

< >