Winkler Prins

Anthony Winkler Prins (1870)

Gepubliceerd op 20-08-2018

Teissèdre l’Ange

betekenis & definitie

Teissèdre l’Ange (Josué), een verdienstelijk Nederlandsch godgeleerde, geboren te Dordrecht den 28sten April 1771, studeerde te Leiden en was achtervolgens predikant te Zwolle (1793), Middelburg (1794), Haarlem (1796) en Amsterdam (1811), en overleed aldaar den 9den Februarij 1853. Tijdens zijn verblijf te Middelburg bevond hij zich in 1795 met van der Palm en van Royen aan het hoofd der staatsomwenteling in Zeeland en werd secretaris van de stad zijner inwoning. Ook was hij voorzitter van de Volkssociëteit en mederedacteur van den „Vriend des Volks". Tevens werd hij belast met meer dan ééne staatkundige zending, onder anderen in 1797 naar Parijs.

Te Haarlem was hij medewerker aan de „Konst- en letterbode”, leverde onderscheidene vertalingen en bewerkte „Niemeyer’s Grondbeginselen van de opvoeding en het onderwijs”, aanvaardde de redactie van de „Haarlemmer courant (1799—1811)”, werd in 1801 schoolopziener, welke betrekking hij 50 jaar waarnam, schreef in Meerman's „Jaarboeken” enz. Hij had te Amsterdam grooten invloed, wist zich in alle kringen gemakkelijk te bewegen, bevorderde met ijver alle nuttige inrigtingen, was lid van onze voornaamste geleerde genootschappen, o. a. van het Koninklijk Nederlandsch Instituut, ridder der Orde van den Nederlandschen Leeuw en zag zich door den Académischen Senaat te Leiden eershalve tot doctor benoemd. Hij schreef voorts: „Deux mémoires sur l’origine et l’influence des Eglises Wallonnes etc. (1843)”, — „Le catastrophe du 12 Janvier proposé comme une calamité générale (1807)”, — „Lofrede op S. F. Rau (1808)”, — „Sermons, prononcés dans l’église Wallonne d’Amsterdam etc. (1843)”, — en „Souvenirs offerts au troupeau Wallon d’Amsterdam (1849)”.

< >