Winkler Prins

Anthony Winkler Prins (1870)

Gepubliceerd op 20-08-2018

Syeniet

betekenis & definitie

Syeniet, een zamengesteld kristallijn gesteente, in zijne voornaamste verscheidenheden uit orthoclas en hoornblende bestaande, is met graniet op het naauwst verbonden. Behalve orthoclas heeft men ook oligoclas in het mengsel. Tot de bijkomende bestanddeelen behooren voorts: magneetijzer, ijzerkies, gedegen koper en koperverbindingen en vooral titaniet. Scheikundig bestaat het uit 50—62% kiezelzuur anhydride, 15—20% aluin-aarde, 6—14% ijzeroxydule, 1—6% magnesia, 4— 9% kalk, 2—5% natron en 3—7% kali.

Zijn soortelijk gewigt is 2,7—2,9. Het schijnt op dergelijke wijze te zijn gevormd als graniet. Bij verweering verdeelt het zich dikwijls in blokken, waardoor zoogenaamde „rotsmeren” ontstaan. Een der meest vermaarde is dat bij Auerbach aan de Bergstrasze. Het product der voortgezette verweering is een okergeel, ijzerhoudend leem, vaak met hoornblendeschilfers of chlorietschubben vermengd. Ook in het voorkomen zijner bergen heeft syeniet veel overeenkomst met graniet. Men vindt het vooral in Saksen (in de omstreken van Dresden en Meiszen), in Thüringen, in het Odenwald, in Moravië, Noorwegen, Ierland en Noord-Amerika, en het dient tot vervaardiging van zuilen, obelisken, vazen enz. Verscheidenheden van het syeniet dragen de namen van monzoniet, zirkoonsyeniet, Foyaiet en Miasciet.

< >