Pasoeroewan, eene zeer belangrijke residentie op Java, grenst in het noorden aan de Straat van Madoera, in het oosten aan Probolinggo, in het zuiden aan den Indischen Oceaan en in het westen aan Soerabaja en Kediri. Zij is in 3 regentschappen verdeeld en telt op 111 geogr. mijl ruim 1/2 millioen inwoners. Aldaar verheffen zich aanzienlijke gebergten, zooals de Bromo, een steeds werkende vulcaan ter hoogte van 2400 Ned. el, het Tenggergebergte, de Smeroe, de Ardjoeno, de Kloet enz., terwijl onderscheidene rivieren er den grond besproeijen. Verschillende waterleidingen zijn er aangelegd tot bevordering van de rijstcultuur.
Men heeft er het meer van Grati, waarin zich veel krokodillen ophouden. Het zuiderstrand is onbewoond, steil en woest, en men vindt er vele klippen, waar eetbare vogelnesten worden verzameld. Men heeft er de gewone huisdieren, en in de bosschen zijn vele wilde zwijnen. De visscherij is er van groot belang, en er wordt een levendige handel gedreven in rijst, indigo, koffij, katoen, tamarinde, maïs, rotan, tabak, peper, kokos-olie, kalk, zwavel enz. Tot de inrigtingen van nijverheid behooren er steen-, pannen- en vloersteenbakkerijen, eene kalkbranderij, indigofabrieken, weverijen, touwslagerijen enz., terwijl goud- en zilversmeden, metaalwerkers, timmerlieden enz. er goede voortbrengselen leveren.
In de benedenlanden wonen aan de kusten veel Chinézen, Arabieren en Macassaren, alsmede eenige Bengalézen, terwijl de inlandsche bevolking hoofdzakelijk uit Madoerézen beslaat. Op het Tenggergebergte vindt men omstreeks 4000 Tenggerrézen, wier taal van het Javaansch verschilt, terwijl zij de godsdienst van Brahma belijden. Onder dit volk zijn moord en diefstal onbekend, en het onderscheidt zich door eenvoudigheid en gastvrijheid. Deze residentie is wegens de vruchtbaarheid van haren bodem en de nijverheid van hare bevolking eene der merkwaardigste van Java.
De evenzoo genoemde hoofdplaats, aan de rivier Gembong en nabij de zee gelegen, is eene der voornaamste plaatsen aan de noordkust van Java. Er zijn breede straten en nette steenen huizen van Europeanen en Chinézen. Zij is de verblijfplaats van den resident, van den regent enz. Men heeft er een residentiehuis, eene nette Protestantsche kerk, eene fraaije moskee, onderscheidene scholen, een telegraafkantoor enz., en er verschijnt geregeld een „Nieuws- en advertentieblad”. In de nabijheid der stad verheft zich een nieuw steenen fort, met eene bezetting van ruim 40 man.