Winkler Prins

Anthony Winkler Prins (1870)

Gepubliceerd op 10-08-2018

Odoacer

betekenis & definitie

Een Germaansch legerhoofd, die het West-Romeinsche rijk ten val bragt, was de zoon van Eticho, vorst der Herulers,trad na den dood zijns vaders in Romeinsche krijgsdienst, bekleedde weldra eene eervolle plaats bij de lijfwacht des Keizers en plaatste zich in 476 aan het hoofd der Germaansche hulptroepen (Herulers, Skyren, Alanen, Rugiërs enz.), die wegens weigering van het door hen verlangde grondbezit in Italië in opstand kwamen tegen Orestes. Hij belegerde dezen in Pavia, deed hem na de verovering dier stad onthoofden en bonsde diens zoon Rómulus Augustulus van den West-Romeinschen Keizerstroon. Op zijn last verzocht de Senaat aan den Oost-Romeinschen keizer Zeno, het oppergezag over het West-Romeinsche rijk te aanvaarden, aan Odoacer het patriciaat te verleenen en hem met het beheer van Italië te bekleeden.

Door zijn leger tot koning van Italië uitgeroepen en als Romeinsch patriciër erkend, bestuurde hij Italië met magt en beleid. Hij schonk wel is waar aan de krijgslieden, die hem hadden bijgestaan, een derde deel van den Italiaanschen grond, maar eerbiedigde de Romeinsche Wetten en de bevoegdheid van den Senaat en benoemde Romeinen tot ambtenaren, regters en belastinggaarders. Hoewel zelf tot de Arianen behoorende, onderscheidde hij zich door verdraagzaamheid jegens de Romeinsche geestelijkheid. In 481 ondernam hij een veldtogt naar Dalmatië, om de moordenaars van keizer Nepos te straffen en zich van het bezit van dit gewest te verzekeren, en in 487 streed hij voorspoedig tegen de Rugiërs. Daarentegen trok in 489 Theódorik, koning der Oost-Gothen, door den Griekschen keizer Zeno tot veldheer benoemd, tegen hem te velde naar Italië. Odoacer, eerst aan de Sontius (Isonzo) bij Aquileja, daarna bij Verona en vervolgens bij de Adda overwonnen, moest de wijk nemen naar Ravenna, en streed er gedurende 3 jaren tegen de Oost-Gothen, die in de nabijheid dezer stad een versterkt legerkamp hadden betrokken. Eindelijk zag hij zich door hongersnood gedrongen, Ravenna in den aanvang van 493 bij verdrag in hunne handen te laten, doch niet lang na den intogt van Theódorik werd hij bij een gastmaal door laatstgenoemde vermoord. Zijn zoon en velen van zijne aanhangers werden desgelijks omgebragt; slechts zijn broeder Onulf, die de Donaulanden bestuurde, behield het leven.

< >