Minas-Geraës, eene provincie in het keizerrijk Brazilië, grenst in het noorden aan Fernambuc en Bahia, in het oosten aan Bahia en Espirito Santo, in het zuiden aan Bio de Janeiro en Sao Paulo en in het westen aan Goyaz en heeft eene oppervlakte van 10440 geogr. mijl. De provincie ligt in het binnenland en bestaat hoofdzakelijk uit campos of met gras en struiken begroeide steppen, waarop zich heuvels en bergketens verheffen. Vooral in het zuidoosten heeft men er eene afzonderlijke bergstreek met toppen ter hoogte van 1800 Ned. el. Dit gewest is goed besproeid.
De rivier Sao Francisco kronkelt er doorheen over de geheele lengte, van het zuiden naar het noorden. In het zuidelijk gedeelte stroomt de Parana westwaarts, en in het oostelijk gedeelte ontspringen groote rivieren, die zich naar den Atlantischen Oceaan begeven. Het klimaat is er matig warm en gezond, en de bodem vruchtbaar, zoodat er velerlei gewassen groeijen. Tot de delfstoffen behooren er goud, ijzer en diamanten. De bevolking telde in 1872 ruim 2 millioen zielen: zij bestaat voornamelijk uit Indianen en Negers, — voorts uit Kleurlingen enz.
De inwoners houden er zich vooral bezig met landbouw en veeteelt, alsmede met mijnontginning, en ook de handel is er van belang. In het algemeen is MinasGeraës door de nijverheid der ingezetenen de meest ontwikkelde provincie van Brazilië. Men heeft er vele scholen van lager en middelbaar onderwijs. De hoofdstad is Ouropreto. Van de overige plaatsen vermelden wij nog: Marianna, Parahybuna, Caldas en Diamantina.