Metalloïden of niet-metalen zijn de volgende 15 enkelvoudige stoffen: zuurstof, waterstof, stikstof, chloor, bromium, iodium, fluorium, zwavel, selenium, tellurium, phosphorus, arsenicum, borium, kiezel en koolstof. Zij zijn in het algemeen slechte geleidsters der warmte en der electriciteit en bezitten een onvolkomen of in het geheel geen metaalglans. Men verdeelt ze in oxygenoïden (zuurstof, zwavel selenium, tellurium chloor, bromium, iodium en fluorium) en metalloïden in meer bepaalde beteekenis (stikstof, phosphorus, arsenicum, borium, kiezel, koolstof en waterstof).
De grenzen tusschen de metalen en metalloïden z|jn niet met volkomene juistheid te trekken, zoodat men somtijds arsenicum en tellurium tot de metalen rekent, of ook wel tin, titanium, zirkonium, thorium, antimonium, vanadium, niobium, tantalium en goud bij de metalloïden voegt. De bovengenoemde 15 metalloïden kan men brengen tot de volgende 4 groepen: die van chloor (chloor, bromium, iodium en fluorium), — die van zuurstof (zuurstof, zwavel, selenium, tellurium), — die van stikstof (stikstof, phosphorus en arsenicum, waarbij de metalen der 8ste groep behoren), — en die van koolstof (koolstof en borium). Kiezel vormt eene groep met zirconium, titanium, tin enz, — en waterstof staat alleen.
Van de metalloïden zijn zuurstof, waterstof, stikstof, chloor en waarschijnlijk ook fluorium bij eene gewone temperatuur gasvormig. Bromium is vloeibaar, en de overige zijn vast. Allen zijn smeltbaar met uitzondering van koolstof, — allen worden dampvormig met uitzondering van koolstof, borium en silicium. Iodium is het zwaarste metalloïde (4,95). Alle metalloïden verbinden zich met zuurstof; de verbindingen zijn meestal anhydriden van zuren, zelden indifferent, maar nooit bases. Stikstof vormt met waterstof ammoniak. Kiezel en phosphorus vereenigen zich tot gasvormige, van zelven ontbrandende waterstofverbindingen, en onder het groote getal der koolwaterstoffen bevinden zich gasvonnige, vloeibare en vaste ligchamen.