Lorgion (Evert Jan Diest), een verdienstelijk Nederlandsch godgeleerde, geboren te Lemmer den 30sten Augustus 1812, ontving zijne opleiding aan de Latijnsche scholen te Amsterdam en te Franeker en werd aan het athenaeum van laatstgenoemde stad in 1829 als student ingeschreven. Nadat hij onder de vrijwillige jagers aan den Tiendaagschen Veldtogt deelgenomen had, zette hij zijne studiën te Franeker en daarna te Groningen voort, en verwierf hier in 1836 den doctoralen graad in de godgeleerdheid op eene dissertatie: „De dicentibus scribentibusque, speciatim in N. T. oecurrentibus, suo convenienter ingenio interpretandis”. Daarna was hij achtervolgens predikant te Hallum, Stiens en Groningen, beantwoordde in 1842 door zijn werk: „Geschiedenis der invoering des Christendoms in Nederland” eene prijsvraag van het Koninklijk Nederlandsch Instituut en zag zich benoemd tot buitengewoon hoogleeraar te Groningen. Hij aanvaardde zijne betrekking met eene redevoering: „Over de regte beoefening der historische theologie, uitnemend geschikt ter opbouwing van de Kerk der Toekomst (1860)”, en schreef wijders: „Geschiedenis van de Kerkhervorming in Friesland (1843)” — „De Nederlandsche Hervormde Kerk in Friesland sedert hare stichting tot het jaar 1795 (1848)”, — „Balthazar Bekker in Franeker (1848)” — „Balthazar Bekker in Amsterdam (1851, 2 dln)”, — met dr.
A.T. Reitsma en dr. L. S. P. Meyboom eene „Geschiedenis van het Godsrijk naar den Bijbel (1851, 3 dln)”, — „Hubertus Duifhuis (1854)”, — „Bonifacius (1855)”, — Levensschetsen van invloedrijke Christenen in Nederland tot aan de vestiging der Hervorming (1855)”, — „Geschiedkundige beschrijving der stad Groningen (1852—1857, 2 dln)”, — „Het Katholicisme van Hugo de Groot (1857)”, — „Beknopte geschiedenis der Christelijke Kerk (1858)”, — „De predikant van Vliethuizen (1859)”, — „Een beeld van Melanchthon (1860)”, — „Natuurwetenschap en wonderen (1860)”, — „Beknopte geschiedenis der Kerkhervorming (1867)”, — „De predikant van Vrijburg, vroeger predikant van Vliethuizen (1872)”, — „Kerkgeschiedenis der Nederlanden (1873)”, — en een aantal opstellen in tijdschriften. Hij overleed in 1876.— Zijn zoon J.J. Diest Lorgion, te Groningen tot doctor in de godgeleerdheid bevorderd, was eerst predikant te Amboina en vervolgens te Padang en overleed aldaar den 17den Julij 1869 in den ouderdom van 31 jaren. In 1871 verscheen diens „Letterkundige nalatenschap”, een bundel opstellen en leerredenen vormend.