Winkler Prins

Anthony Winkler Prins (1870)

Gepubliceerd op 08-08-2018

Künzel

betekenis & definitie

Künzel (Heinrich), een verdienstelijk Duitsch letterkundige, geboren te Darmstadt den 28sten December 1810, bezocht het gymnasium aldaar en studeerde vervolgens te Gieszen en Heidelberg in de wijsbegeerte en godgeleerdheid, waar hij de lessen hoorde van Gervinus, Schlosser en Paulus. Daarna bleef hij eenige jaren ambteloos, toefde geruimen tijd te Londen en te Parijs, waar hij betrekkingen aanknoopte met de redactiën van de „Revue des deux Mondes” en van den „Constitutionnel” en lid werd van eenige geleerde genootschappen, zooals van: „Camden-society” te Londen. In 1842 keerde hij naar Duitschland terug en aanvaardde een leeraarsambt in de geschiedenis en letterkunde aan het gymnasium aldaar.

Na verloop van een jaar nam hij echter zijn ontslag en zag zich in dergeIijke betrekking geplaatst te Darmstadt. Toen voorts in 1869 de school, waaraan hij met den titel van professor werkzaam was, in eene polytechnische herschapen werd, kwam Künzel op pensioen. Van zijne talrijke geschriften noemen wij: Een paar verhandelingen over landgraaf Georg van Hessen-Darmstadt, de veroveraar en verdediger van Gibraltar, — vertalingen van werken van Benjamin Constant, Cooper, Sheridan, Wellstedt enz., — en opstellen in verschillende tijdschriften.

< >