Winkler Prins

Anthony Winkler Prins (1870)

Gepubliceerd op 08-08-2018

Kroondomein

betekenis & definitie

Kroondomein is onroerend goed, dat aan den Staat behoort, waarvan de Kroon de inkomsten trekt.

Ook in ons land behooren tot de inkomsten van de Kroon de opbrengsten van domeinen. Toen de oorlog met Spanje uitbrak, was het Huis van Nassau een der rijkste Vorstenhuizen van Europa. In dien strijd vooral hebben de Vorsten uit dat huis zich belangrijke opofferingen ten behoeve van het Vaderland getroost. Dadelijk na de omwenteling van 1795 werden alle domeinen van het Huis Oranje-Nassau — dat zijn zijne onroerende goederen — verbeurd verklaard. De zuivere opbrengst daarvan werd gerekend een jaarlijksch inkomen van ƒ 600000 te vertegenwoordigen De wet van 26 Augustus 1822 (Stbl. N°. 40) gaf aan Koning Willem I een groot deel der Staatsdomeinen terug ten behoeve der inkomsten van de Kroon, welke opbrengst door den Koning voor een deel kort daarna wederom werd afgestaan aan de Maatschappij voor Volksvlijt te Brussel. Koning Willem II heeft bij de grondwetsherziening van 1848 de domeinen, die, volgens de vorige Grondwet en de wet van 26 Augustus 1822, hem als patrimonieel — d. i. goed waarvan hij krachtens erfregt den eigendom bezat — goed toekwamen, als kroondomein aan den Staat teruggegeven. Na dien afstand behooren deze goederen nu wederom aan den Staat.

Het beheer der kroondomeinen is geregeld bij de wet van 1 Mei 1863 (Stbl. N°. 43). Het bestaat 1° uit een Kapitaal Inschrijving op het Grootboek 2½% voor verkochte domeingoederen, afgekochte tienden enz. op 1 Mei 1863 groot ƒ 3464500; 2° uit goederen en regten, vermeld in de wet van 16 Augustus 1822, voor zoover die op Nederlandsch grondgebied zijn gelegen en niet zijn vervreemd of vervangen door het zooeven vermelde kapitaal, 3° uit de goederen, vermeld in de pas aangehaalde wet van 1 Mei 1863. Vervreemding of verruiling dier goederen kan slechts geschieden door de wet; zij kunnen niet worden verpand, bezwaard of weggeschonken , en uit geenerlei hoofde kan op dat inkomen beslag worden gelegd. De afkoop van tienden op dat domein kan plaats vinden naar de regelen door de algemeene wet daarvoor gesteld.

De Koninklijke paleizen te Amsterdam, ’s Gravenhage en het Loo vormen een afzonderlijk Kroondomein, dat vrij is van grondbelasting. Wegens het gemis van het regt van opvolging in de Nassausche Staten, hetwelk bij acte van 4 April 1814 aan prins Frederik der Nederlanden was afgestaan, maar welk regt verviel, toen aan koning Willem I Luxemburg in plaats van de Nassausche landen werd toegekend en Luxemburg met ons land werd vereenigd, zijn bij de wet van 25 Mei 1816 (Stbl. N°. 25) aan prins Frederik afgestaan de domeingoederen bij Breda gelegen, welker opbrengst volgens die wet ƒ 190000 bedroegen. Deze goederen keeren bij zijn overlijden zonder mannelijke afkomelingen tot den Staat terug. Zie Civielelijst en Staatsdomein.