Wat is de betekenis van onroerend goed?

2024-04-18
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

onroerend goed

onroerend goed - Zelfstandignaamwoord 1. vastgoed, de grond en de gebouwen (opstal) op deze grond, zaken die niet eenvoudig verplaatst kunnen worden. Het onroerend goed werd tegen te hoge prijzen verkocht. Woordherkomst Samenstelling van onroerend en goed Synoniemen onroe...

2024-04-18
Financieel Woordenboek

Frits Conijn & R.M. van Poll (2003)

onroerend goed

onroerend goed - De gebouwen en werken die duurzaam met de grond zijn verenigd, hetzij rechtstreeks, hetzij door vereniging met andere gebouwen of werken.

2024-04-18
Art & Architecture Thesaurus

Getty Research Institute (1990)

onroerend goed

onroerend goed - Eigendom dat bestaat uit eigen grond of bepaalde rechten op eigen grond.

2024-04-18
Encyclopedie voor Iedereen

John Kooy (1933)

Onroerend goed

grond met gebouwen en opstallen en alles wat daarop of daarin aard- of nagelvast is.

2024-04-18
Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Onroerend goed

➝ Goed.

2024-04-18
Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Onroerend goed

Onroerend goed - De wet onderscheidt roerende en onroerende zaken (art. 560 B. W.). Onroerende zaken zijn : — 1) gronderven en hetgeen daarop gebouwd is ; — 2) vaste molens ; — 3) boomen en veldgewassen, die met hun wortels in den grond vast zijn, onafgeplukte boomvruchten en delfstoffen als steenkolen, veen en dergelijke, zoolang deze nog niet v...

2024-04-18
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

onroerend goed

in het algemeen een zaak die zonder verlies van zelfstandigheid niet verplaatst kan worden. Zaken zijn onroerend uit hun aard, door bestemming en door wetsbepaling. Uit hun aard zijn onroerend gronderven en wat daar geologisch mee samenhangt, voorts hetgeen op die grond is gebouwd en hetgeen daarvan bestanddeel is of bijzaak en tenslotte hetgeen in...