Hermes Trismegistus is de Grieksche naam van een wezen uit de Egyptische fabelleer, dat nu eens als eene godheid, dan weder als een historisch persoon wordt voorgesteld. In het algemeen is deze Hermes dezelfde als Thot, of liever hij is het ideaal van dezen. Hij is namelijk de middelaar tusschen de goden en menschen en als zoodanig het zinnebeeld van het Egyptische priesterdom. Om die reden kent men hem de instelling toe van wetten en zeden, de uitvinding van alle kunsten en wetenschappen, inzonderheid van de taal, van het schrift, van de wiskunde, van de artsenijmengkunde, van de toonkunst, van het dansen, van de gymnastiek, van de godsdienstige plegtigheden enz.
Hij mag dus beschouwd worden als de vertegenwoordiger van alle kunst en wijsheid der priesters. Om die reden werd hij aangemerkt als de vervaardiger der gewijde oirkonden, door de Grieken „De Hermetische” genaamd. Deze behelsden de godsdienstleer, de geschiedenis, de eeredienst, de burgerlijke en godsdienstige wetten, de zedeleer en de levenswijsheid. Zij waren alleen voor de priesters toegankelijk en werden op hooge feestdagen enkel uit de verte aan het volk vertoond. Zij vervulden eene merkwaardige rol bij de Neoplatonische wijsgeeren, zoodra in het Oosten de tooverkunst, de alchemie en dergelijke geheime wetenschappen in zwang kwamen.
Toen werd de Egyptische Hermes vereerd met den bijnaam van Trismegistus (driemaal-groote), terwijl dweepers in de Hermetische geschriften voedsel zochten voor hunne dwaasheid. Of deze te Alexandrië in het Grieksch zijn vertaald, kan men niet met zekerheid zeggen; het is echter bekend dat onder dien naam alles verspreid werd, wat de Neoplatonische school over de geheimenissen leerde. Zij wees daarbij op eene Hermetische keten, namelijk op eene rij van wijsgeeren, die de leer van Hermes had overgebragt. Tot de Hermetische geschriften, welke bewaard gebleven zijn, rekent men: „Poemander sive de potestate ac sapientia divina”, — „Aesculapii definitiones”, —„Iatromathematica”, — en „Horoscopia”. Daar men aan Hermes de kunst toekende, om door tooverzegels schatten tegen alle rooverij te beveiligen, heeft zijn naam aanleiding gegeven tot de gebruikelijke uitdrukking hermetisch gesloten voor luchtdigt gesloten.
