Hemans (Felicia Dorothea), eene verdienstelijke Engelsche dichteres, geboren te Liverpool den 25sten September 1793, gevoelde zich door de bekoorlijke natuur in Noord-Wallis opgewekt tot het scheppen van dichterlijke tafereelen. Vooral ook werd haar dichtvuur gevoed door de dappere daden harer landgenooten op het Pyrenésche schiereiland. Hare ingenomenheid met oorlogsroem bewoog haar, reeds op jeugdigen leeftijd met kapitein Hemans in het huwelijk te treden, doch nadat zij hem 5 zonen geschonken had, werd de echtelijke band verbroken. Reeds in 1812 leverde zij een dichtbundel onder den titel: „Domestic affections”.
Hare grootere stukken: „The restoration of the works of art in Italy (1816)” en „Modern Greece” verwierven den bijval van lord Byron, en in hare „Tales and historic scenes in verses (1819)” vindt men treffende gedeelten. „Dartmoor” verschafte haar in 1821 den prijs der Royal Society, — in hare „Forest sanctuary (1825)” verheerlijkte zij het martelaarschap der Protestanten, terwijl zij zoowel de Spaansche als de Duitsche letterkunde beoefende, waarvan haar „Siege of Valencia, the last Constantine and other poems (1823)”, — „Songs of the Cid”, — en „The lays of many land” getuigenis geven. Voorts schreef zij: „Koerner and his sister”, en de degelijkheid harer verzen nam toe na een bezoek bij Walter Scott en Wordsworth, zooals blijkt uit hare „Songs of the affections (1830)”, — „Scenes and hymns of life and other religious poems (1834)”, — „Hymns on the works of nature (1833)”, en „Hymns for childhood (1834)”. In de „Records of women (1828)” schildert zij verschillende karakters van vrouwen. Zij overleed den 16den Mei 1835 op een buitenverblijf bij Dublin, en eene nieuwe uitgave van haar „Poetical works” verscheen in 1861.
