Head (Sir Francis Bond), een Engelsch schrijver en staatsman, geboren in 1793, trad als officier in dienst, klom tot den rang van majoor, en huwde in 1816 met eene dochter van lord Somerville, Hij volbragt eene reis naar Zuid-Amerika en schreef „Rough notes during some rapid journeys across the Pampas (1826, 4de druk 1847)”. Later leverde hij de koddige: „Bubbles from the brunnens of Nassau (1833)”. Hij bekleedde eene geringe betrekking in Kent, toen hij zich 1835 benoemd zag tot gouverneur van opper-Canada. Hier onderscheidde hij zich door ijver, welwillendheid en beradenheid, weshalve de regéring hem in 1837 tot baronet verhief: doch onder spoedig opkomende moeijelijke omstandigheden barstte er een oproer uit, zoodat hij in 1838 zijn ambt moest nederleggen.
Van de beschuldigingen, bij die gelegenheid tegen hem ingebragt, zocht hij zich te zuiveren door zijn „Narrative”, een zonderling mengsel van ernst en jokkernij, van waarheid en verdichting, zoodat hij het beoogde doel niet bereikte. Daarmede nam dan ook zijne staatkundige loopbaan een einde. Zijne bevindingen omtrent Canada schetste hij in zijn boek „The emigrant (1846; 6de druk 1852)”, dat veel zonderlings, maar ook veel goeds bevat. Later schreef hij: „Defenceless state of Great-Britain (1850)”, — „A faggot of French sticks, or Paris in 1851 (1852, 2 dln; 3de druk 1855)”, — en „The horse and the rider (1861)”.
