Winkler Prins

Anthony Winkler Prins (1870)

Gepubliceerd op 08-08-2018

Handelswegen

betekenis & definitie

Handelswegen noemt men de wegen, langs welke het verkeer tusschen de handeldrijvende volken plaats heeft, zoowel die te land, als die te water, zoowel met karavanen, wagens, spoorwegen, als met zeil- en stoomschepen. De handel zoekt natuurlijk den kortsten, goedkoopsten, veiligsten weg, waarlangs hij de goederen kan vervoeren.

De aanleg van nieuwe wegen, vaarten, kanalen, spoorwegen; het aanleggen van werken tot bevordering van de veiligheid der scheepvaart; veranderingen in de wetgeving, vooral die betreffende de heffing van tollen en andere belastingen; de aansluiting van spoorwegen onderling, of het in verband daarmede brengen van zeehavens kunnen eene geheel andere rigting aan het handelsverkeer geven, en oude wegen doen verlaten, om langs nieuwe het vervoer te doen plaats hebben. Ook het ontdekken van nieuwe punten van aanknooping van handelsrelatiën, verandering in de rigting der nijverheid op zekere plaatsen; omkeeringen in de wijze van productie van zekere artikelen of het vinden van nieuwe débouché’s voor eenige handelsvoorwerpen kan gelijk gevolg hebben. Het volk, dat er op gesteld is, om in zijn land talrijke handelswegen te zien kruisen, moet van de natuurlijke voordeelen, die het in dat opzigt heeft, b. v. ligging aan zee met groote kustlengte, een flink gebruik maken door het construéren van al zoodanige werken, die de scheepvaart trekken, de beweging van goederen en personen vergemakkelijken, en het dient zich vooral te onthouden in wetgeving en practijk van al zulke bepalingen en daden, die den handel in zijne vlugt belemmeren.