Winkler Prins

Anthony Winkler Prins (1870)

Gepubliceerd op 07-08-2018

Gislason

betekenis & definitie

Gislason (Konrad), een uitstekend kenner der oude Skandinavische letterkunde, werd geboren in het noorden van IJsland op den 3den Julij 1808 en wijdde zich in 1831 te Kopenhagen aan de regtsgeleerdheid en aan de Duitsche letterkunde. Deze laatste bragt hem tot de beoefening der Indo-Germaansche talen. In 1846 gaf hij eene IJslandsche spraakkunst, en in 1851 een IJslandsch-Deensch woordenboek in het licht. Dit werd gevolgd in 1858 door eene „Oud-Noorsche vormenleer”.

Voorts heeft hij onderscheidene oud-IJslandsche geschriften, alsmede ophelderingen omtrent de moeijelijkste plaatsen uit de gedichten der Skalden, voorts eenige verhandelingen van taalkundigen inhoud in het licht gegeven. In 1848 werd hij docent, later hoogleeraar in de Noorsche talen aan de universiteit te Kopenhagen. Voorts zag hij zich benoemd tot lid van verschillende academiën en genootschappen.

< >