Winkler Prins

Anthony Winkler Prins (1870)

Gepubliceerd op 07-08-2018

Galilaea

betekenis & definitie

Galilaea, in het Hebreeuwse!) Galil of Galilah (gewest), eigenlijk Galil Hagorim (Gewest der Heidenen), was aanvankelijk de naam van een kleiner landschap, tot den stam van Naphthali behoorend, en later het geheele gebied der stammen, Asser, Naphthali, Zebulon en Dan of het noordelijk gedeelte van Palaestina, hetwelk ten oosten grensde aan de Jordaan, ten zuiden aan Samaria, ten westen aan de Middellandsche Zee en Phoenicië en ten noorden aan Syrië en het gebergte Hermon. Het was ongeveer 10 geogr. mijl lang en 4 of 5 breed, ongemeen vruchtbaar, sterk bevolkt, en in Opper- en Neder-Galilaea verdeeld. Als de geliefkoosde verblijfplaats van Jezus en alzoo als de wieg van het Christendom is dat gewest met zijne steden Nazareth, Kana, Naïn en Capernaum, met het Meer Genezareth of het Meer van Tiberias, ook wel dat van Galilaea genoemd, — voorts met de rivier de Jordaan en met den berg Thabor zeer merkwaardig. De inwoners van Galilaea, die zich door moed en standvastigheid onderscheidden en vele apostelen en belijders van het Christendom opleverden, werden door die van Judaea gering geacht wegens hunnen ruwen tongval, en de Christenen ontvingen in den beginne den spotnaam van Galilaeërs.

Tegenwoordig behoort Galilaea tot het Turksche ejalect Beiroet of Saida (Sidon) en is verdeeld in de livas (districten) Saida en Akka. Het hoogland verheft er zich ruim 300 Ned. el boven de oppervlakte der zee, en de Dsjebl-Safet, een uitiooper van den Hermon en met een kasteel gekroond, is ruim 800 Ned. el hoog. De bergstreek is er hier en daar afgewisseld door diepe kloven, en in eene van deze ligt Nazareth. Men vindt er aan de hellingen der heuvels digte bosschen, en de bodem wordt er door onderscheidene kleine rivieren besproeid. Het is van het zuiden van Palaestina gescheiden door de vruchtbare vlakte van Esdrelon, die thans nagenoeg geheel braak ligt en met gras begroeid is, terwijl er zich bijna geen enkel dorp verheft. Vooral na den regen is er de grond met een weelderigen plantengroei bedekt. Uit deze vlakte leiden 3 groote wegen naar het dal van de Jordaan, waarvan zij door de bergketen van Gilboa en door den Kleinen Hermon gescheiden is.