Fontenelle (Bernard le Bovier, te voren Bouvier), een verdienstelijk Fransch schrijver, geboren te Rouen den 11den Februarij 1657, was een neef van Corneille en studeerde op de Jezuïetenschool zijner geboortestad zóó Ijverig, dat hij op 13-jarigen leeftijd reeds een Académischen prijs verwierf voor een Latijnsch gedicht. Op 16-jarigen ouderdom had hij zijne regtsgeleerde studiën voleindigd, doch na het verliezen van zijn eerste procés begaf hij zich naar Parijs, om er zich aan de letterkunde te wijden. Hierdoor verkreeg h|j roem en geld, werd lid van verschillende geleerde genootschappen en bekleedde van 1699 tot 1741 de betrekking van vasten secretaris der Académie van Wetenschappen, nadat hij de waardigheid van voorzitter had van de hand gewezen. Hij overleed in hoogen ouderdom te Parijs den 9den Januarij 1757, tot de omstanders op kalmen toon de woorden rigtende: „Mes amis, je sens une certaine difficulté d’être”.
Zijne talrijke geschriften, in zijn tijd bewonderd en bewierookt, zijn thans meerendeels vergeten. Hij dichtte eenige opera’s, zooals: „Psyche” en „Bellérophon”, — het herderspel „Endymion”, — en eenige treurspelen, zooals „Brutus”, „Aspar” en „Idalia”, benevens eenige blijspelen, fabels en herdersdichten. Van zijne proza-werken vermelden wij : „Lettres du chevalier d’Her**”, — „Dialogues des Morts”, — en zijn veel gelezene „Entretiens sur la pluralité des mondes (1686, en later bij herhaling)”. Belangrijk is nog altijd zijne „Histoire du théâtre français jusqu'à Pierre Corneille”, en groote lof wordt toegekend aan zijne redactie van de „Mémoires de l’Académie des Sciences” en aan zijne „Eloges” van gestorven leden. Zijne „Ouevres complètes” zijn meermalen uitgegeven.