Fécamp, te voren Fescan of Fescamp, eene zeestad in het Fransche departement Seine Inferieure, 6 geogr. mijl ten noordnoordoosten van Havre de Grâce, aan den spoorweg en den mond der kustrivier Fécamp bij het Kanaal gelegen, is omringd door barre heuvels en bezit eene ruime en veilige reede, benevens eene haven. Het stadje heeft een ouderwetsch en somber voorkomen. De merkwaardigste gebouwen zijn er de fraaije kerk van Notre-Dame, de oude Drievuldigheidsabdij en de badhuizen aan zee. Men heeft er eene handelsregtbank, een vredegeregt, eene hydrographische school, eene bibliotheek, een schouwburg, alsmede eenige instellingen van weldadigheid en ruim 12000 inwoners, die zich bezig houden met visscherij, scheepsbouw, handel en fabriekarbeid.
Men telt er 100 visschersvaartuigen, en zij is de voornaamste Fransche plaats, waar schepen voor kabeljaauw-, haring- en makreelenvangst worden uitgerust, terwijl er een levendige handel bestaat in koloniale waren. Fécamp, in het Latijn Fiscanrium of Fiscanum, schijnt zijn oorsprong verschuldigd te wezen aan een beroemd nonnenklooster, dat in 664 gesticht, in 841 door de Noormannen verwoest, maar in 988 door hertog Richard van Normandië weder opgebouwd werd. Het klooster bleef bestaan tot in de 18de eeuw. De stad was reeds in de 13de eeuw vermaard door de haringvisscherij, en werd gedurende de oorlogen in Frankrijk meer dan eenmaal verwoest.