Winkler Prins

Anthony Winkler Prins (1870)

Gepubliceerd op 20-08-2018

Seine

betekenis & definitie

Seine (De), bij de Ouden Sequana geheeten en eene der 5 hoofdrivieren van Frankrijk, ontspringt ter hoogte van 471 Ned. el boven de oppervlakte der zee in het departement Côte d’Or op het Plateau van Langres aan den voet van den Mont Tasselot bij Chanceaux, stroomt in eene noordwestelijke rigting door de departementen Côte d’Or, Aube, Seine-et-Marne, Seine-et-Oise, Seine, Eure en Seine-Inférieure, heeft een sterk gekronkelden loop ter lengte van 770 Ned. mgl en stort tusschen Havre en Honfleur met een mond ter breedte van 10 Ned. mgl zich uit in het Kanaal. De rivier wordt bij Marcilly (mond van de Aube) bevaarbaar, is van Rouen af toegankelijk voor zeeschepen en wordt door stoombooten druk bevaren. Haar stroomgebied binnen de grenzen van Frankrijk gelegen, en zich uitstrekkend over eene oppervlakte van 1300 □ geogr. mgl, omvat Champagne, Isle de France, Brie, Beauce en de vruchtbare dreven van Normandië, en heeft Parijs tot middelpunt. Dat stroomgebied is door slechts weinige bergen omgeven, en vaak loopt de waterscheiding langs lage heuvels.

Behalve Parijs vindt men aan de Seine de volgende belangrijke plaatsen: Châtillon, Bar, Troyes, Nogent, Montereau, Melun, Corbeil, Choisy, Sèvres, St.-Cloud, St.-Denis, Argenteuil, St.-Germain, Poissy, Mantes, Vernon, Les Andelys, Elboeuf, Rouen, Harfleur, Honfleur en Le Havre. Hare aanzienlijkste zijrivieren zijn: de Oure, Aube, Yères, Marne, Oise, Epte en Andelle op den regter, en de Yonne (met de Serain en Armançon), Loing, Essonne, Eure en Kille op den linker oever. Zij is door een uitmuntend stelsel van kanalen in verbinding gebragt met de Somme, de Schelde, de Maas, de Rijn, de Rhône, de Saône en de Loire en vormt alzoo in Frankrijk de belangrijkste rivier voor het binnenlandsch verkeer, daar zij niet alleen de hoofdstad in gemeenschap brengt met het Kanaal, maar ook door kanalisatie met den Atlantischen Oceaan, de Noordzee en de Middellandsche Zee. Niet minder dan vier departementen zijn naar de Seine genoemd, te weten:

Het departement Seine, een gedeelte van het voormalig landschap Isle de France en omsloten door het departement Seine-et-Oise. Het is het kleinste departement van Frankrijk en beslaat slechts 8,64 □ geogr. mijl; doch het is tevens wegens het aldaar gelegene Parijs het volkrijkste. In 1872 telde het ruim 2200000 en in 1876 meer dan 2410000 zielen. Het land is er meestal vlak; tot de hoogten behooren er slechts op den regter oever der Seine: Montmartre en Butte Chaumont, en op den linker oever: de Mont Valèrien en Bicêtre. Tot de rivieren behooren er, behalve de Seine, die de Marne opneemt, de Bièvre en de Crould. De grond is er ligt en dor, maar wordt door noeste vlijt zeer vruchtbaar gemaakt. Van de oppervlakte zijn ruim 29000 Ned. bunder bouwland, 1500 weiland, bijna 2800 wijngaarden, 1300 bosch en 3500 ooftgaarden en moestuinen.

De voornaamste voortbrengselen zijn er: tarwe, haver, aardappelen, peulvruchten, wijn, ooft, slagtvee, melk en boter, maar zij zijn op verre na niet voldoende voor de behoefte der groote bevolking. Voorts heeft men er steen-gipsgroeven, alsmede minerale bronnen. Van groot belang is er de nijverheid, vooral te Parijs (zie aldaar). Hier heeft men volgens het laatste verslag van de Kamer van Koophandel 101171 nijverheids-ondernemingen met bijna 417000 werklieden, die eene waarde scheppen van 3369 millioen francs. Toch zijn er slechts 7500 nijverheids-ondernemingen met meer dan 10 werklieden. Het departement is voorts van spoorwegen doorsneden, in 3 arrondissementen verdeeld en heeft Parijs tot hoofdstad.

Het departement Seine-et-Marne, gevormd uit gedeelten van Isle de France, Champagne, Brie en Gâtinais. Het grenst in het noorden aan de departementen Oise en Aisne, in het oosten aan Marne en Aube, in het zuiden aan Yonne en Loiret en in het westen aan Seine-et-Oise, en telt op 104,18 □ geogr. mijl 347323 inwoners (1876). Het land is vrij vlak, slechts hier en daar eenigzins heuvelachtig, heeft een vruchtbaren bodem, wordt uitmuntend bebouwd en ontvangt zijne besproeijing van de Seine (met de Yonne, Loing en Yéres) en van de Marne (met de Ourcq en Morin). Het klimaat is er aangenaam en gezond. Men vindt er bijna 400000 Ned. bunder bouwland, 38000 weiland, 1900 wijngaarden, 8000 bosch (daaronder het groote bosch van Fontainebleau) en 6600 ooftgaarden en moesgronden. Tot de voortbrengselen behooren er: tarwe, haver, rogge, gerst, aardappelen, suikerwortels, vlas, hennep, wijn, ooft, hout, slagtvee enz. Ook zijn er groeven van molensteenen, alsmede minerale bronnen.

De nijverheid houdt er zich bezig met de vervaardiging van papier, beetwortelsuiker, porselein, aardewerk, glas, chocolade, leder, handschoenen, kaarsen enz. Ook zijn er bierbrouwerijen en brandewijnstokerijen, en de handel in genoemde producten is zeer levendig, inzonderheid in kaas, daar de fromage de Brie eene groote vermaardheid bezit. Het departement wordt doorsneden van 4 spoorwegen, die allen van Parijs komen en onderscheidene vertakkingen hebben. Pot de kanalen behooren er het Loing-Ourcq-kanaal. Het onderwijs wordt er gegeven in 3 gemeentelijke colléges, 13 scholen van middelbaar en 800 van lager onderwijs. Het departement is verdeeld in 5 arrondissementen en heeft Melun tot hoofdstad.

Het departement Seine-et-Oise, desgelijks gevormd van een gedeelte van Isle de France Het is omgeven door de departementen Oise, Seine-et-Marne, Loiret, Eure-et-Loir en Eure, omsluit het departement Seine en telt op 107,77 □ geogr. mijl bijna 562000 inwoners (1876). Het land is er meestal vlak, heeft er weinig heuvelketens, een vruchtbaren, uitmuntend bewerkten bodem en wordt door de Seine, Oise, Marne, Essonne en vele andere kleine rivieren besproeid. Het klimaat is er zacht en gezond, en men vindt er minerale bronnen te Enghien, St.-Germain en Abbecourt. Voorts heeft men er bijna 36700 Ned. bunder bouwland, 20000 weiland, 17000 wijngaarden, 77000 bosch en 8000 ooftgaarden en moesgronden. Tot de voortbrengselen behooren er: tarwe, haver, rogge, gerst, aardappelen, groenten, suikerwortels, vlas, wijn, ooft, hout en vee.

Ook de bijenteelt en de visscherij zijn er van veel belang. De fabrieknijverheid bepaalt er zich vooral tot de vervaardiging van papier, beetwortelsuiker, wollen, katoenen en linnen stoffen, ijzeren voorwerpen, machines, lampen, slaghoedjes, kaarsen, glas enz., en een levendige handel is daarvan het gevolg. Onderscheidene spoorwegen, van Parijs uitgaande, doorkruisen dit departement. Men heeft er één lycéum, 2 gemeentelijke colléges, 32 scholen van middelbaar en 1081 van lager onderwijs. Het is verdeeld in 6 arrondissementen en heeft Versailles tot hoofdstad.

Het departement Seine-lnférieure, gevormd uit Haute Normandie en een gedeelte van Roumois. Het is omgeven door de departementen Somme, Oise en Eure en door het Kanaal, en telt op 109,57 □ geogr. mijl bijna 800000 zielen (1876). Langs de kust heeft men krijtrotsen van aanmerkelijke hoogte, doch er zijn behalve den mond der Seine geene baaijen en behalve Kaap Hève geene voorgebergten. Het land bestaat uit vruchtbare dalen en boschrijke heuvels en behoort tot de rijkste, best bebouwde en digtst bevolkte van Frankrijk. De voornaamste rivier is er de Seine, die door het zuidwestelijk gedeelte van het departement kronkelt en er eenige kleine rivieren opneemt; voorts heeft men er nog eenige kustrivieren, zooals: de Bresle, Argues, Saane en Durdent. Het klimaat is er zeer veranderlijk. Men vindt er ongeveer 378000 Ned. bunder bouwland, 4200 hooiland, 70000 bosch en 15000 weiland. Tot de voortbrengselen behooren er vooral: tarwe, haver, rogge, gerst, aardappelen, groenten, peulvruchten, suikerwortels, vlas, koolzaad, hop, ooft en veel vee.

Van de minerale bronnen worden die van Forges les Eaux het drukst bezocht. Evenals landbouw en veeteelt, bevindt er zich ook de nijverheid op een hoogen trap van ontwikkeling; men heeft er inzonderheid: katoenspinnerij en weverij, wolspinnerij, lakenweverij, vlasspinnerij en linnenweverij, vervaardiging van tulle, bloemen, leerdoek, enz. Daarenboven verwerkt men er: ijzer, koper, en lood, vervaardigt men er: blik, machines, metalen voorwerpen, glas, zeep, papier, brandewijn, beetwortelsuiker, chocolade, zak-uurwerken, voorwerpen van ivoor enz. Van belang is er ook de visscherij en bovenal de handel. Behalve de haven van Le Havre, na die van Marseille de belangrijkste van Frankrijk, heeft dit departement 10 havenplaatsen, waaronder die van Rouen, Eu, Tréport, Dieppe en Harfleur, en het ontbreekt er niet aan spoorwegen. Tot de inrigtingen van onderwijs behooren er: 2 lycea, 2 gemeentelijke collèges, 20 scholen van middelbaar onderwijs en 1334 lagere scholen. Het bevat 5 arrondissementen, en de hoofdstad is Rouen.