Corstius. Onder dezen naam vermelden wij:
Melchior Corstius, een Nederlandsch godgeleerde. Hij werd geboren te Velp den 10den October 1774, studeerde te Groningen, was achtereenvolgens predikant te Zellinge, Cirkwerum (Oost-Friesland), Stedum en Beerta, en overleed den 22sten April 1844. Zijne verhandeling „De spiritu Sancti vera atque aeterna Deitate” werd door het Haagsch genootschap met zilver bekroond. Voorts schreef hij, behalve leerredenen enz., „De Apostelen van Jezus in hun leven en daden geschetst (uit het Hoogduitsch, 1823)”, — en „Handboek der Christelijke geloofsleer (1829, 2 dln)”.
Jacobus Corstius, een broeder van den voorgaande. Hij werd geboren te Gorinchem in 1785, was achtereenvolgens predikant te Feerwerd, Garsthuizen, Hoogezand, Enkhuizen en Amsterdam, en overleed aldaar den 12den Julij 1847. Hij schreef onder anderen „Christelijk handboek voor kranken, bejaarden en stervenden (1823, 2de druk)”, — „Euthanasia of Christelijke voorbereiding voor den dood (1824, 2de druk)”, — en „Christelijke raad en troost in donkere dagen (1832)”.
