Collegium noemde men in het oude Rome eene vergadering van collega's of van personen, die hetzelfde ambt bekleedden, zooals-consuls, praetoren, tribunen enz. Het heeft ook thans nog die beteekenis behouden in ons collegie van curatoren enz. Later gaf men dien naam aan de vergadering van studenten, die zich bij een hoogleeraar vereenigden om zijne lessen te hooren, en allengs aan die lessen zelve. Het Fransche collége is de naam van eene voorbereidende school voor de académie, hoewel aan het Collége de France, door François I te Parijs gesticht, ook hooger onderwijs wordt gegeven.
In Engeland geeft men den naam van colléges aan de verschillende instellingen van onderwijs, waaruit de universiteiten be staan; zij zijn op verschillende tijden door de regéring of door aanzienlijke begunstigers van het hooger onderwijs gesticht. Sommige voorbereidende scholen, zooals die te Eton, worden ook colléges geheeten. De Noord-Amerikaansche colléges komen in het algemeen met onze hoogescholen of met de hoogste klassen onzer gymnasia overeen. De collegia nationalia of pontificia te Rome zijn opvoedingsgestichten voor zendelingen, die naar Christelijke, doch niet R. Katholieke landen worden gezonden. Het eerste, Collegium Germanicum genaamd, werd er 1552 door Loyola gesticht. Het is in 1553 door Gregorius XIII vernieuwd, en deze Paus heeft er onderscheidene andere collegia aan toegevoegd, welke hij kweekscholen noemde van het zuivere R. Katholieke geloof. Tot die soort van collegia behoort ook het „Collegium Urbanum de propaganda fide”, in 1627 door Gregorius XV in het leven geroepen, terwijl er later een groot aantal andere verrees.
