Bronn (Heinrich Georg), een beroemd Duitsch natuurkundige, werd geboren te Ziegelhausen bij Heidelberg op den 3den Maart 1800, bezocht de gymnasiën te Manheim en te Heidelberg en wijdde zich in 1817 in laatstgenoemde stad aan de studie der natuurkunde. In 1822 begon hij zelf voorlezingen te houden en was de eerste, die aan eene Duitsche académie de leer der versteeningen op eene wetenschappelijke wijze behandelde. In 1828 werd hij buitengewoon en in 1833 gewoon hoogleeraar in de natuurkunde en ontving de uitnoodiging, om als directeur van het zoölogisch kabinet voorlezingen te houden over dat gedeelte der natuurlijke historie.
Weldra verscheen van hem een “System der vorweltlichen Conchylien (1825)”, gevolgd door een “System der vorweltlichen Pflanzen und Thiere (1825)”. Zijne togten in het zuiden van Europa en later in Italië gaven aanleiding tot zijne “Ergebnisse meiner naturhistorischen und ökonomischen Reisen (1825)”. Vervolgens deed hij telken jare eene wetenschappelijke reis en leverde, als de vrucht daarvan, zijne uitmuntende “Gaea Heidelbergensis (1830)”, en vooral klom zijn roem door de uitgave zijner grondige ea met zorg bewerkte “Lethaea geognostica”, eene beschrijving der eigenaardige fossielen in elke rotsformatie, die bij herhaling gedrukt is, — alsmede door zijne “Geschichte der Natur (1841 — 1849, 4 dln)”, door zijne “Paleontologische Kollectaneën (1843)”, en door zijne uitmuntende, door de Fransche Academie bekroonde prijsverhandeling “Untersuchungen über die Entwickelungsgesetze der organischen Welt während der Bildungszeit unserer Erdoberflache (1858)”. In het 3de deel der “Neuen Encyclopedie für Wissenschaften und Künste” bewerkte hjj de “Allgemeine Zoologie”, die gevolgd werd door eene “Allgemeine Einleitung in die Naturgeschichte (1858)”. Ook gaf hij in 3 deelen uit “Die Klassen und Ordnungen des Thierreiches wissenschaftlich dargestellt in Wort und Bild (1859—1861)”. Vele belangrijke opstellen heeft hij geleverd in het door hem en Leonard uitgegeven “Jahrbuch fur Mineralogie, Geologie und Geognosie und Petrefactenkunde”, — ook heeft hij het werk van Darwin over het ontstaan der soorten in het Duitsch vertaald (1860). Bronn is lid van onderscheidene geleerde genootschappen.