Balneatores werden in de middeleeuwen de meesters der badstoven genoemd. Zij vormden een gild, welks leden de bevoegdheid hadden om haar te knippen, te scheren en kleine heelkundige bewerkingen te verrigten.
Zij hadden leerlingen en gezellen en tot uithangbord een doek en één of twee scheerbekkens. Hun gild werd bij het verdwijnen der badstoven met dat der barbiers vereenigd.