Winkler Prins

Anthony Winkler Prins (1870)

Gepubliceerd op 14-11-2017

Amen

betekenis & definitie

Amen is een plegtig bevestigingswoord, dat het eerst door de Israëlieten werd ingevoerd en de beteekenis heeft van: ‘‘Het zij zoo” of “ja, waarlijk.” Het vormde als zoodanig het slot van vloek en zegenbede, van bedreiging en belofte, van overeenkomsten en gebeden, en kwam in gebruik in de synagogen en later in de Christelijke kerken als het woord, waarmede de vergadering de uit-spraken van den leeraar of priester bekrachtigde. Bij sommige kerkgenootschappen is het uitspreken van het amen door de gemeente nog altijd in gebruik, — bij andere is het aan den leeraar of priester verbleven. Ook in oude oirkonden, die onder aanroeping van het Opperwezen werden opgemaakt, vinden wij dat bevestigingswoord doorgaans gebezigd.

< >