Gepubliceerd op 31-10-2017

woensdag

betekenis & definitie

woensdag - Zelfstandignaamwoord
1. (tijdrekening), (dag) een dag van de week die na dinsdag en voor donderdag komt
Op woensdag hebben leerlingen slechts een halve dag school.

Woordherkomst
Het eerste lid verwijst naar de Germaanse god Wodan, die gelijk werd gesteld aan Mercurius en zo is de naam van de dag ontleend aan het Latijnse dies Mercurii (dag van Mercurius). Het tweede lid is dag met het invoegsel -s-.