winden - Werkwoord
1. (ov) een draad of kabel draaiend op een as of klos aanbrengen
♢ Kan jij dat touw om die paal winden?
winden - Zelfstandignaamwoord
1. meervoud van het zelfstandig naamwoord wind
2. meervoud van het zelfstandig naamwoord winde
Woordherkomst
van het Middelnederlands winden, woorden als wenden en wandelen hebben een verwante herkomst
Uitdrukkingen en gezegden
♦ Er geen doekjes om winden
er voor uit komen zonder er om heen te draaien / direct zijn, de al dan niet onprettige waarheid zeggen
♦ Iemand om zijn/haar vinger (kunnen) winden
alles van iemand gedaan kunnen krijgen of alles mogen
Verwante begrippen
windas, windspil
Gepubliceerd op 31-10-2017
winden
betekenis & definitie