Winden
(wond, heeft gewonden), 1. draaiende (in lagen) leggen (om iets), wikkelen: een doekje om zijn vinger winden ; draad op een klas winden; — tot een kluwen vormen; — (spr.) men kan hem. om de vinger winden, zie Vinger; — zich winden, zich slingeren, wikkelen (om): slingerplanten winden zich om d...