Gepubliceerd op 04-12-2017

moeder

betekenis & definitie

moeder - Zelfstandignaamwoord
1. (familie) een vrouwelijke ouder
2. persoon of zaak die op een moeder lijkt omdat dit het oorspronkelijk voortbrengende is bijv. moederbedrijf

moeder - Werkwoord
1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van moederen
♢ Ik moeder
2. gebiedende wijs van moederen
moeder!
3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van moederen
moeder je?

Woordherkomst
afkomstig van:
Middelnederlands: moder
Oudernederlands: muoder
Germaans: *mōdēr
Indo-Europees: *méh₂tēr

Uitdrukkingen en gezegden
♦ bij moeders pappot blijven
niet verder kijken dan het eigen huis
♦ daar helpt geen lieve moeder aan
daar helpen zelfs lieve woordjes niet
♦ voorzichtigheid is de moeder van de porseleinkast
door voorzichtheid ontstaat er geen schade
♦ zo moeder zo dochter
een vrouw lijkt op haar moeder

Synoniemen
[1] ma, mama, mams, moe, moer

Antoniemen
[2] dochter

Verwante begrippen
vader, gezin, familie