Gepubliceerd op 04-12-2017

hacker

betekenis & definitie

hacker - Zelfstandignaamwoord
1. (informatica) iemand die zich onbevoegd toegang verschaft tot een computersysteem
Een hacker zou de beveiliging van de computersystemen hebben gekraakt.
2. (informatica) iemand die geniet van de intellectuele uitdaging om op een creatieve, onorthodoxe manier aan technische beperkingen te ontsnappen

Woordherkomst
Van het Engelse hacker (oorspronkelijk: inventieve en fanatieke computerexpert)
Naamwoord van handeling van hacken met het achtervoegsel -er

Verwante begrippen
cracker