gips - Zelfstandignaamwoord
1. (scheikunde) een uit calciumsulfaat en water uithardende witte vaste stof: CaSO4·2H2O
gips - Werkwoord
1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van gipsen
♢ Ik gips
2. gebiedende wijs van gipsen
♢ gips!
3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van gipsen
♢ gips je?
Woordherkomst
< Middelnederlands ghips < Latijns gypsum < Oudgrieks γύψος (< uit een Semitische taal)
Synoniemen
calciumsulfaatdihydraat
Inloggen
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Favorieten
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen:
- Je eigen Ensie account
- Direct toegang tot alle zoekresultaten
- Volledige advertentievrije website
- Gratis boek cadeau als welkomstgeschenk
Bronnen
Bronnen: