Gepubliceerd op 14-11-2017

geestelijkheid

betekenis & definitie

geestelijkheid - Zelfstandignaamwoord
1. (religie) de gezamenlijke geestelijken (persoon die, vaak door een bepaalde religieuze wijding, de bevoegdheid heeft gekregen om godsdienstonderricht te geven en/of bepaalde gewijde handelingen te verrichten en/of religieuze bestuursfuncties uit te oefenen)
Met steun uit Saoedi-Arabië werd een hele generatie in een buitenissige vorm van islam gedrenkt. Nu strijdt het rijk van Salman Al-Saud tegen zijn radicaalste discipelen: IS. Gaat hij ook hun ideologie - die van zijn geestelijkheid - bevechten?.

Woordherkomst
afgeleid van geestelijk met het achtervoegsel -heid

Synoniemen
clerus, priesterklasse