Gepubliceerd op 14-11-2017

extern

betekenis & definitie

extern - Bijvoeglijk naamwoord
1. (medisch) uitwendig
2. van buiten afkomstig zijn
De ziekte was extern zichtbaar door verkleuring van de huid.
3. niet ingebouwd
Ik gebruik een externe hardeschijf voor een reservekopie van mijn bestanden
4. uitwonend
Hij was een externe leerling die niet in de kostschool woonde.

Woordherkomst
Ontleend aan het Franse externe.

Antoniemen
intern

Verwante begrippen
externe