-erd - Achtervoegsel
1. persoon die de door de stam genoemde handeling verricht. Vormt mannelijke zelfstandige naamwoorden met een werkwoord als stam.
♢ schijten → (schijt) → schijterd.
2. persoon met de door de stam genoemde eigenschap. Vormt mannelijke zelfstandige naamwoorden met een bijvoeglijk naamwoord als stam.
♢ plomp → plomperd.
Woordherkomst
verzwakte vorm van -aard
Verwante begrippen
-aar, -er, -aard
Gepubliceerd op 30-10-2017
-erd
betekenis & definitie