Gepubliceerd op 14-11-2017

eigenmachtig

betekenis & definitie

eigenmachtig - Bijvoeglijk naamwoord
1. op eigen gezag zonder tussenkomst van het bevoegd gezag
De vader wilde eigenlijk eigenmachtig de dief bestraffen, maar liet het toch maar over aan de politie.

Woordherkomst
afleiding van eigen en macht met het achtervoegsel -ig