duiden - Werkwoord
1. (ov) uitleggen, verklaren, begrijpelijk maken
♢ Een hoofdkenmerk [van de rationaliteit] is dat de mens zich 'afzet' van zijn omgeving, die hij trouwens rationeel probeert te duiden.
2. duiden op:een teken zijn dat iets gaat gebeurden
♢ Alles duidde op een komende onweersbui.
Woordherkomst
Afgeleid van het Middelnederlandse duden (Vlaams: dieden), van het Oudhoogduitse diuten, van het Oudfriese bithiuda, van het Oudengelse geðiedan, van het Oudnoorse þýða en þeuðō ("volk"). Mogelijk betekende "dieden" 'voor het volk begrijpelijk maken' ofwel 'aan het volk uitleggen'.
Gepubliceerd op 13-11-2017
duiden
betekenis & definitie