Gepubliceerd op 10-11-2017

berusten

betekenis & definitie

berusten - Werkwoord
1. (inerg) berusten in: zonder verzet aanvaarden
Hij berustte in zijn lot.
2. (inerg) berusten bij: langdurig ergens ondergebracht zijn
Het recht om daarover te beslissen berust bij de raad.
3. berusten op: als basis hebben
Zijn conclusies berusten op langdurig onderzoek.

Woordherkomst
afgeleid van rusten met het voorvoegsel be-

Synoniemen
[1] opgeven, pikken, slikken, zich schikken
[2] beheren

Antoniemen
[1] opstaan, zich verdedigen, zich verweren, zich verzetten