Gepubliceerd op 31-10-2017

afgod

betekenis & definitie

afgod - Zelfstandignaamwoord
1. een andere god dan de ene God; een "valse" god
Gij zult geen afgoden vereren, maar Mij alleen aanbidden en boven alles beminnen.
2. iemand of iets wat als een god vereerd wordt
Zijn vrouw is zijn afgod.
De beroemde voetballer is de afgod van veel kinderen.
De auto is voor veel mannen hun afgod.

Woordherkomst
van Oudernederlands: afgot, dat mogelijk een leenvertaling van Gotisch afguþs (goddeloos); op te vatten als samenstelling van af (bijwoord) en god (zelfstandig naamwoord);

Synoniemen
idool