Encyclopaedie van Nederlandsch West-Indië

Herman Daniël Benjamins, Joh. F. Snelleman, Martinus Nijhoff, E.J. Brill (1914-1917)

Gepubliceerd op 25-04-2022

Korjaal

betekenis & definitie

Inlandsch vaartuig op de Surinaamsche rivieren in gebruik. bestaande uit een uitgeholden boomstam. De bouw en het gebruik van de korjaal zijn beschreven in de art.

BENEDENL. INDIANEN en BOSCHNEGERS. De boschnegers maken veel betere korjalen dan de Indianen en wel in twee soorten: de gewone vrachtkorjalen, lang en smal, en de luxe-korjalen, die meer dienen voor personenvervoer op betrekkelijk korte trajecten; deze zijn korter en breeder met sierlijk naar boven gebogen voor- en achtersteven. In de vrachtvaart der Boschnegers, ten dienste van de balata- en de goudindustrie wordt de inhoud der korjalen - die zeer verschillende afmetingen hebben - aangegeven naar het aantal vaten à 82 K.G. (het gewicht van een vat zoutvleesch) dat de boot bevatten kan. De snelheid van geladen korjalen is in stilstaand water ± 6 K.M. per uur.De Boschnegers arijven een aanzienlijken handel in korjalen, die ook door de overige bevolking algemeen gebruikt worden, al of niet opgeboeid.

Boschnegers en Indianen roeien de korjaal niet, maar gebruiken om deze voort te bewegen, een soort pagaai, in de kolonie parel (N.E. pari) genoemd, waarvan het werkwoord parelen.

Het woord koeliala is aan verschillende karaibische talen en aan het Arowaksch gemeen; aan een dezer is het woord korjaal (N.E. kroejara) ontleend.

Korjalen van boomschors zijn alleen nog bij de Trios in de Boven Corantijn in gebruik. Zij zijn voor en achter ingesneden; de schors is tot een voor- en achtersteven samengebogen en genaaid. Langs de boorden worden ter versterking stokken aangenaaid. (Verslag der Corantijn-expeditie. Zie voorts DIEVEN-KORJAAL.

< >