Drakenklasse - internationale wedstrijdklasse.
1. 8,90 m, b. 1,96 m, d. 1,20 m, minimum gewicht 1700 kg, ballast 1000 kg, zeiloppervlak torentuig 26,5 m2. Hout gangenbouw op ingebogen spanten. In 1929 ontworpen door de Noor Johan Anker als een Noorse eenheidsklasse, breidde de belangstelling voor de Draak zich al gauw uit naar de omringende landen. In 1935 werd hij in Nederland als wedstrijdklasse ingevoerd en in 1950 door de IYRU als internationale klasse erkend.
Het sierlijke kieljacht voert een hoog torentuig met genuafok en spinnaker. Door het betrekkelijk kleine zeiloppervlak en de zware ballastkiel is het een stijf schip, dat echter gauw buiswater overneemt. Onder het kleine kajuitkapje zijn twee vaste slaapplaatsen, De wedstrijdbemanning telt maximaal drie koppen. Sinds 1948 is het een Olympische klasse en er zijn over de hele wereld tot in Rusland en Australië toe honderden Draakjachten gebouwd.
