Wanneer twee mensen plotseling aan hetzelfde denken, kan men dat verschijnsel toeschrijven aan het toeval of aan gedachteoverbrenging zonder gedachteuiting tussen die twee. Er zijn mensen, die aan deze laatste mogelijkheid geloven, zij het ook, dat men toch altijd aanneemt, dat er voor deze overbrenging een zekere zielsverwantschap moet bestaan.
Wat men in kermisvoorstellingen en dgl. telepathie noemt is intussen heel iets anders: daar is geen sprake van gedachteoverdracht zonder uiting, maar van een onbewuste uiting van den leider, die door een fijngevoeligen geleide begrepen en verwerkt wordt. Immers in den regel werken leider en gedachtenlezer samen en zijn zij verbonden door hand of draad. In dit geval hebben onwillekeurige bewegingen en nauw merkbare aanwijzingen toch haar invloed.