een Grieks wijsgeer, wis- en sterrenkundige, leefde van ± 580—± 500 v. Chr.
Hij kwam uit Samos. Omstreeks 530 vluchtte hij naar Croton in Italië, waar hij een godsdienstig-staatkundige orde stichtte, wier leden gehouden waren in groten eenvoud en zwijgzaamheid te leven en het gezag des meesters onvoorwaardelijk te erkennen.
Als men zich kon beroepen op het „Autos ephê” („hij heeft het zelf gezegd”) van den leider Pythagoras, dan was verdere gedachtenwisseling overbodig. In Italië werden hij en zijn aanhangers herhaaldelijk vervolgd.Er is geen letter schrift van hem bekend. Het is waarschijnlijk, dat hij zich met de trillingsgetallen van snaren op verschillende toonhoogte heeft beziggehouden en dat hij bij harmonisch klinkende tonen ook een zekere harmonie in het aantal der trillingen heeft waargenomen. Hieruit leidde hij een zekere harmonie der getallen af, welke, naar hij meende, ook het staatkundig en maatschappelijk leven beheersen.
Hij en zijn leerlingen onderwezen reeds, dat de aarde en de hemellichamen bollen waren, die zich in cirkelvormige banen om een centraal punt bewogen, en zelfs, dat de aarde om haar as draaide. Ook hier zocht hij een harmonie der getallen, die hij „harmonie der sferen” noemde.
Zijn grootste bekendheid heeft hij verworven door het zogen. theorema van Pythagoras, de stelling (met 60 bewijzen), dat bij een rechthoekigen driehoek het kwadraat der schuine zijde gelijk is aan de som van de kwadraten der rechthoekszijden.
