(spreek uit: passer) is een Maleis woord, dat marktplaats betekent.
Een Indische markt maakt op het oog, het oor en het reukorgaan van den Europeaan een eigenaardigen indruk. Het is er helemaal niet zo luidruchtig als op onze vis- of groentemarkten, want de inlanders prijzen hun waren nimmer aan, maar des te meer wordt het oog getroffen door de bonte kleuren. De verkopers, die op een mat in hun stalletje of tent hurken, de inlandse vrouwen in veelkleurige sarongs, en de in schilderachtige wanorde uitgestalde koopwaar, als daar zijn vruchten, vis, matten en mandjes, vlees, gevogelte, gebruiksvoorwerpen, 't is alles even bont en schilderachtig.
De sterkste indrukken ontvangt echter de neus van den bezoeker. Hier heerst een afschuwelijke mengeling van geuren, zure en weezoete, prikkelende en bedwelmende.
