Wat is dat? Encyclopedie voor jongeren

P.J.F.H. van de Rivière, R. de Ruyter-van der Feer (1928, 1930 en 1938)

Gepubliceerd op 13-08-2019

Maeterlinck

betekenis & definitie

Polydore Marie Bernard Maeterlinck is een Belgisch schrijver uit onzen tijd. Hij werd in 1862 te Gent geboren, studeerde in dezelfde plaats in de rechten en vestigde er zich later als advocaat.

Na enige jaren te Parijs te hebben doorgebracht, keerde hij, na den dood van zijn vader, naar Gent terug. In 1889 verscheen zijn eerste dichtbundel „Serres Chaudes”.

Maeterlincks werk, vooral zijn jeugdwerk, draagt het kenmerk van liet symbolisme der decadenten van dien tijd: levensmoeheid, neiging tot het geheimzinnige, vrees voor de onbekende toekomst. Hij beschrijft, dikwijls op zeer fijne wijze, datgene, wat als het ware juist onder de oppervlakte der gebeurtenissen ligt; datgene, wat wij soms wel instinctief vermoeden, doch waarvan wij niet eens zeker weten, of het niet alleen maar in onze verbeelding bestaat. Zijn personen zijn vervuld van sombere voorgevoelens, boven hun bestaan zweeft, onzichtbaar, een onverbiddelijk noodlot: zij spreken soms onsamenhangende woorden. Om Maeterlincks werken uit dien tijd te begrijpen, moet men stil en rustig neerzitten, ongestoord, en trachten ontvankelijk te zijn voor de sfeer, waarin hij ons brengen wil.

Later, na de symbolische werken, als: l’Intruse, Pelléas et Mélisande, Intérieur en Aglavaine et Sélysette, komt hij tot een hoopvoller levensbeschouwing en worden zijn personen blijmoediger en menselijker. Hij schrijft dan een toneelspel „Monna Vanna”, een symbolisch sprookje „l’Oiseau bleu” en vele andere werken, waaronder wijsgerige bespiegelingen als: le Trésor des Humbles, la Sagesse et la Destinée, la Vie des Abeilles, l’Intelligence des Fleurs, la Mort, le Grand Secret, enz.

Maeterlincks werken zijn niet gemakkelijk te begrijpen, maar lonen de moeite, die het kost er in door te dringen, door hun geheimzinnig fluisterende taal, door de diepten van innerlijk leven en de schatten van schoonheid, goedheid en wijsheid, die er in verborgen liggen.

In 1911 ontving hij den Nobelprijs.