Voedings en Genotsmiddelen

dr. M. Wagenaar (1938)

Gepubliceerd op 17-03-2019

Wijn (Fransche)

betekenis & definitie

Frankrijk is het wijnland bij uitnemendheid. De wijnbouw weerspiegelt zich duidelijk in de historie. Zelfs heeft het Fransche volk een voorliefde voor donkerrood (heraldiek, vroegere Fransche uniformen). De wijnoogst bedraagt soms 50 millioen Hectoliter. Het meeste van dezen oogst wordt binnen de grenzen geconsumeerd.

De grootste hoeveelheden zijn afkomstig uit het Zuiden en Midden. De Midi is het groote wijndistrict van Frankrijk. Deze departementen leveren meestal hooggradige wijnsoorten, van een donkere kleur, bijzonder geschikt voor coupagewijn. In het departement Gironde ligt de hoofdplaats Bordeaux, het centrum van den wereldhandel.

Hier liggen de districten Graves en Medoc, Sauterne, Saint-Emilion, Bourgeais en Blayais. Graves en Sauternes zijn bekend door hun witte wijnen. De wijnen uit Medoc munten uit door hun vol karakter en hun heerlijke kleur. Daarom zijn ze als tafelwijn bij ons zeer geliefd bijv. Saint-Emilion. Het région zelve is beroemd om de kelders. Het land van Grave ligt ten zuiden van Bordeaux. In die richting neemt de productie van rooden wijn af en die van witten wijn toe. Ten zuiden van het Grave-district ligt Sauternes. De likeurwijnen van Sauternes hebben een muskaataroma, omdat er veel muscadel onder de gewone soorten geplant staan, hetgeen zich in het product weerspiegelt.

De meeste Sauterneswijnen zijn liquoreus, hun alkoholgehalte is dientengevolge hoog (16 %), wat voor een natuurwijn de grens is wat bereikt kan worden. Behalve deze soort zijn er onder de Sauterneswijnen ook droge, d.w.z. niet zoete soorten. In noordelijke richting liggen de departementen Charente-inférieur en Charente. De wijn, die daar geoogst wordt, dient zelden voor directe consumptie, maar wordt gebruikt in de destilleerketels. Van dit product wordt de bekende Cognac gestookt, die vanuit de havens La Pallice en Bordeaux over de geheele wereld verzonden worden (zie Cognac). Nog noordelijker langs de Loire liggen de bekende wijngebieden van Saumur en Anjou. Saumur-wijnen zijn voornamelijk wit en worden verwerkt op „vins mousseux” evenals Champagne. De noordelijkste der wijngebieden is de Champagne, waar de mousseerende wijn gegist wordt, die Frankrijk een wereldreputatie gegeven heeft en die nog steeds onovertroffen is. In een afzonderlijk artikel worden de zeer bijzondere kwaliteiten van dit product beschreven (zie Champagne). Meer naar het zuiden liggen groote Fransche wijngebieden, de Bourgogne, Hiervan is de Côte d’Or verreweg het belangrijkste.

Hier vindt men wereldvermaarde kelders, meestal zijn het wijnen, die eerst na jaren hun volle kwaliteiten ontwikkelen („vins de garde”). Ook witte wijnen worden in dit district bereid. Bij den wijnbouw in Bourgogne zijn er andere verhoudingen dan in de overige streken van het land. De akkers liggen er ver uit elkaar. Daarentegen liggen de wijngaarden in de Gironde bijv. rond de kasteelen. Dit vindt zijn weerspiegeling in de merken van den wijn, n.l. naar den naam van het kasteel.

De kwaliteit van het product en de meer gunstige ligging van de akkers komen tot uiting in de klassificaties „premières,, deuxièmes et troisièmes Cuvées”. Wanneer wij de Bourgogne verlaten en de Rhône verder volgen, komen wij in het gebied van de Rhônewijnen. Deze wijnen gelijken eenigszins op de Bourgognewijnen. Pas bij langdurige fleschontwikkeling komen hun voortreffelijke eigenschappen aan den dag. Als jonge wijn zijn ze stroef en bitter. Meestal betreft het hier roode wijnen, er wordt hier echter ook wel witte wijn gegist. Deze zijn van het droge type, ze winnen op den duur zeer aan aroma.

Doordat Elzas-Lotharingen thans bij Frankrijk behoort, moeten de wijnen uit deze provinciën ook bij de Fransche wijnen besproken worden.

In het Departement Moselle (het vroegere Lotharingen) wordt meer roode dan witte wijn gemaakt. Een bijzondere soort is hier de „vin gris”, een licht roode wijn met een sterksprekend bouquet.

De witte wijnen uit de Elzas sluiten zich meer aan bij de witte Bourgognewijnen, terwijl ook een overgang naar de Moezelwijnen duidelijk merkbaar is. De wijnen van Luxemburg staan eveneens Zeer dicht bij de Moezelwijnen. Hoofdzakelijk zijn het witte wijnen, ze onderscheiden zich door het frissche karakter, dat ook aan de Moezelwijnen eigen is.