Voedings en Genotsmiddelen

dr. M. Wagenaar (1938)

Gepubliceerd op 17-03-2019

Whisky

betekenis & definitie

Whisky is oorspronkelijk een specifiek Iersche drank, die thans over de geheele wereld gedronken wordt. Zij wordt gestookt uit een mengsel van gerst en haver of rogge. Deze graanvruchten laat men kiemen, zooals dit bij de brandewijnbereiding geschiedt. De mout wordt gedard boven een turf- of kolenvuur.

Het gekiemde graan komt hierdoor in aanraking met allerlei teerachtige producten. De reuk, die ten slotte op de alkoholische vloeistof overgaat, is oorzaak van den karakteristieken geur en smaak van whisky, die dan ook geprononceerd aan rook herinnert, De gedarde mout wordt uitgetrokken en de vloeistof laat men gisten, waarbij suiker en dextrine in alkohol omgezet worden. Deze bestanddeelen worden afgestookt, het is de moutwijn, die in branderijen gewonnen wordt en die ten slotte tot zuiveren alkohol gerectificeerd kan worden. De destillaten, die direct over het vuur getrokken worden, schijnen de beste whisky op te leveren. De rest uit den destilleerketel wordt als spoeling afgelaten {pot-ale of burnt-ale), het destillaat „lowe wine” wordt nog eens overgehaald en levert dan de whisky. De voorloop draagt den naam van „foreshot”, dan volgt de echte whisky en tenslotte komt de „faints”. In de Schotsche laaglanden destilleert men meestal driemaal. Hierdoor wordt een alkoholgehalte van 40—45 % verkregen (soms nog aanzienlijk hooger). De versch overgehaalde whisky wordt eenigen tijd gelagerd in vaten, waarin sherry bewaard is. Hierdoor krijgt de drank een karakteristieken bijsmaak. Deze versch gedestilleerde whisky noemt men „pott still”.

Het destillaat wordt vaak versneden met gewonen alkohol en heet dan „patent still whisky". Dergelijke versneden whisky kan veel korter op fust blijven, om het vereischte aroma te verkrijgen. Bekende merken zijn: „Highland Malts”, „Lowland Malts”, Campeltowns”, „Islays” en „Grains”. Door het langdurig lageren, gaat de whisky in alkoholgehalte achteruit (zelden meer dan 6 %), de drank wint hierbij zooals te begrijpen is aan aromatische bestanddeelen, immers deze alkohol verdampt niet geheel, een gedeelte zal zich tot geurige esters binden. In Engeland moet whisky minstens 46 volume % alkohol hebben. Methylalkohol, minerale zuren, zouten of schadelijke bestanddeelen mogen niet aanwezig zijn. Evenmin mogen teerkleurstoffen voorkomen. Gewoonlijk verdunt men hier te lande de whisky met sodawater. In Engeland wordt de drank het meest onverdund gedronken of als whiskygrog genomen. In de laatste jaren heeft men getracht ook buiten Engeland whisky te bereiden. Een methode die vaak toegepast wordt, bestaat in het bewaren van brandewijn in vaten, die van binnen geschroeid zijn. Op deze wijze tracht men aan het destillaat een rooksmaak aan te brengen.

Dergelijke façons staan echter in smaak en kwaliteit bij het origineele product ten achter. Als gemiddelde samenstelling van 4—5 jarige whiskysoorten wordt opgegeven: Aethylalkohol 54 volume %, verder als foezel alkoholen, propyl-, butyl- en amylalkohol, als vluchtige zuren: mierenzuur, azijnzuur, capronzuur, caprylzuur en hun esters verder furfurol en andere aldehydachtige producten.

Uit den wand der vaten waarin de whisky bewaard wordt, neemt de alkoholische vloeistof nog enkele extractiefstoffen op, evenals bijv, de cognac dit doet.